Mijn blog over sport kruimels op tafel
koffiekoeken de koers het leven een lekke band
Het is zondag, 20 juni.
Het weer is die dag slecht, voor het eerst sinds lang. Dat wordt wennen. De Belgische profs rijden vandaag hun kampioenschap, een week voor de start van de Tour. Er zijn twee grote blokken, in Dilsen: Flandria en Ijsboerke. Uit een van die ploegen moet de winnaar komen, is de verwachting. En dat klopt: Freddy Maertens, uit de rode Flandriagarde, wordt kampioen. Hij is gewoonweg de beste. Het Ijsboerketeam, dat rijdt voor kopman Walter Godefroot, redt het niet. Maertens rijdt solo naar de overwinning. Zijn voorsprong: 39 seconden op Jean-Luc Vandenbroucke, van Peugeot.
Freddy wint, dus. Alweer.
's Avonds wordt Tsjechoslowakije (dat land bestond toen nog) Europees kampioen voetbal. Titelverdediger West-Duitsland (ook dàt land bestond toen nog...) wordt verslagen met de strafschoppen.
Een wat stuntelige, houterige man nam, als vijfde speler van zijn land, een aanloop voor zijn strafschop.
Hij trapte, heel zachtjes, een wat knullig balletje, zo leek het. Sepp Maier – de doelman van het West-Duitse sterrenelftal – koos een hoek, grabbelde naar de bal die nog net over zijn uitgestrekte lijf in het doel belandde. Het was een gedurfde strafschop, een penalty zoals je die eigenlijk nooit trapt. Een stiftertje, niet hard, niet in een hoek, gewoon in het midden van het doel. De 'Panenka' was geboren.
“Het was een boerenjaar, 1976”, blikt Freddy Maertens nu terug.
Stukje uit boek in wording ...