Mijn blog over sport kruimels op tafel

koffiekoeken de koers het leven een lekke band

mail mij!contact

14 december 2014

Warme chocomelk en een punt

Veertien waren we.

Ons ploegje uit W. was met het eerste elftal het jaar voordien kampioen geworden en ging nu in de nationale reeksen voetballen. Dat betekende grotere ploegen, verdere verplaatsingen (soms wel negentig kilometer!), grotere stadions. En - gek genoeg - veel minder toeschouwers. Hoewel: zo gek was dat nu ook weer niet. Wie zat te wachten, op een natte zondag in november, op de spelers van Sporting Club Stade du C.? Juist: niemand.

Wijzelf, de kadetten - zo heette dat toen nog - promoveerden mee. Plots waren onze tegenstanders niet meer Schellebelle, Wichelen, Herdersem, Massemen, Kalken en Hofstade. We trokken nu naar Beveren, Aalst, Zottegem, Denderleeuw. Kortom: wereldsteden met wereldploegen. We kregen nieuwe truitjes. Ze waren prachtig: wit met een rode en een groene band over onze borst. Nu zouden ze schitterend retro zijn. Ergens heb ik nog een foto.

We hadden ons voorgenomen op het elan van vorig seizoen voort te gaan. Toen werden we tweede in onze reeks. Toegegeven: tweede is geen kampioen. Maar dat lag niet aan ons. De scheidsrechter had in de laatste match in de laatste minuut een strafschop gegeven aan S. En dat klopte niet.

Maar goed. We gingen tonen wat we konden. De eerste wedstrijd ging tegen Oudenaarde. We speelden om elf uur op zondagochtend. Al om half negen vertrokken we met de bus, voor een lange tocht. Na vier minuten stonden we met 0-2 voor. Zie je wel, dachten we. Laat de grote ploegen maar komen. Na acht minuten was het 3-2. We verloren met 9-2. Het was stil in de bus, terug op weg naar W.

Het werd niet beter: we verloren de volgende weken met 2-8, 7-1, 10-0, 3-6.

Toen werd het een zondag eind oktober. We gingen weer op verplaatsing. Ver was het deze keer niet: naar AA Gent, vijftien kilometer verderop. We speelden om 13 uur. Raar, vonden we. Dat hadden we nog nooit gedaan, op dat uur. Na zes minuten was het 4-0. Neen, we waren niet goed bezig, daar in Gent. Maar we hielden vol. Bij de rust was het 5-0. We kregen koffie en koekjes in de kleedkamers. En we hoorden veel lawaai. En geroep. En gezang. Wat was dat? Sylvain, onze begeleider, kwam opgewonden ons zaaltje binnengelopen. "Weet je wie hier straks speelt?" Zijn stem piepte. Hij liep rood aan. "Weet je wie hier straks spéélt? Anderlecht!"

Bleek dat we met ons ploegje uit W. bezig waren aan de voorwedstrijd van wat straks AA Gent-Anderlecht moest worden. We speelden de tweede helft voor tienduizend toeschouwers. De spionkop van Anderlecht zong en schreeuwde telkens we de bal hadden. We waren populair, wij uit W. Ze zongen voor ons, ze riepen en zwaaiden met vlaggen. Het werd 6-0, het werd 8-0.

En toen trok onze spits op avontuur, zoals dat zo mooi heet. Hij dribbelde links, hij dribbelde rechts, negeerde mij en M., liep nog even door. En schoot op doel. We volgden de bal. En we zagen het al gebeuren voor het gebeurde. De bal sloeg keihard tegen de lat. Heb je al tienduizend mensen samen "Oooohhhhh" horen roepen? Wij uit W., die dag, om 14. 32 uur, in het Gentse Ottenstadion, wél.

Het werd 11-0. We liepen naar de spionkop van Anderlecht en groetten.

Op 14 december van dat jaar kregen we in de kleedkamers van Sporting Lokeren warme chocomelk.

Op weg naar huis, naar W., zongen we in de bus de hele tocht terug.

We hadden 1-1 gespeeld. We hadden gelijkgespeeld.

Op het einde van het seizoen was het ons enige punt.

Gek, maar op 14 december denk ik altijd nog eens terug aan die warme chocomelk.

Aan dat ene punt.

En een onbezonnen jeugd.

 

Terug naar overzicht